zaterdag 26 april 2014

Zomaar een dag

Het is rond een uur of acht ’s avonds. Ik loop naar het ziekenhuis, in de donkerte onder een fonkelende sterrenhemel. Even waan ik me in de droomvlucht van de Efteling. In de verte smeult een boomstam na, het ruikt naar as. Overdag zijn ze volop in de weer geweest om de akkers klaar te maken voor het planten van rijst. Nog even en dan begint het regenseizoen – zeer welkom na de zinderende hitte van de afgelopen weken, die ooh zo loom maakt.  Het Afrikaanse looptempo is mij inmiddels volledig eigen.

Luide muziek komt vanuit het dorp aanwaaien. Er wordt gefeest en hoe! Al de gehele dag blazen grote muziekboxen Afrikaanse hiphop muziek alle kanten op – een aantal hits worden keer op keer gedraaid en ook ik zing die inmiddels onverstoord mee. Vanmorgen was de diploma uitreiking van de verpleegkundigen hulpen, die hun opleiding in ons ziekenhuis hadden afgerond. Er werd groot uitgepakt. Om tien uur ’s ochtends begon de luide muziek en hard geschreeuw in een krakende microfoon – dat dient als een soort van uitnodiging ‘hier is een feestje, komt dat zien!’ en dat werkt altijd. Alle 36 studenten én leraren droegen een bloesje van dezelfde stof. Verder waren ze uitgedost met hoge pruiken, zwarte zonnebrillen en panty’s tot aan de knie – over smaak valt niet te twisten. Vele belangrijke piefen uit de omgeving waren naar Masanga afgereisd voor een korte  (of toch iets langere) speech. Als ongekend hoogtepunt was er een heuse playback act van een kolonel van het leger. Hoe dan ook, er dient gefeest te worden! En dat kunnen ze hier prima, tot in de kleine uurtjes gaan ze onvermoeid door. Ik laat ’t aan me voorbij gaan, deze keer. En loop naar het ziekenhuis.

Zes jaar oud is ze, Aminata, het meisje dat we deze week op de kinderafdeling hebben opgenomen. Haar haar heeft een rode gloed van ondervoeding. Haar buik steekt ver vooruit, de vergrootte lever en milt nemen veel plaats in en werken hard. Te hard, het oogwit is geel geworden en ze is moe. We besluiten een echo te maken van haar buik en borst. Samen met een van de studenten bestuderen haar ingewanden die we zien op een stoffig scherm. Dikke palmolie wordt gebruikt als gel op de buik. De moeder van Aminata staat aan het bedeinde. Op haar rug ligt, of beter gezegd hangt, een baby vredig te slapen, ingewikkeld in kleurige doeken. De moeder glimlacht breed naar ons. Aminata zelf ligt muisstil. Alsof ze begrijpt wat de student en ik bespreken, rollen er tranen over haar wangen. Ik veeg ze weg. We proberen aan de moeder uit te leggen dat wat we hebben gevonden niet veel positiefs is. Oneerlijk vind ik zulke gesprekken, telkens weer.


In gedachten verzonken loop ik terug naar huis - de muziek uit het dorp hoor ik nauwelijks. Een paar dagen later is ze overleden. Hopelijk kunnen onze net afgestudeerden verpleegkundigen een verschil gaan maken.